Scherven

In de maanden nadat mijn actieve behandeling van chemokuren en operaties was afgerond, kwam er meer ruimte voor de emotionele verwerking van wat er gebeurd was. Beetje bij beetje werd steeds helderder dat ik een flinke psychische tik had gekregen van het hebben van kanker. Dat is op zich helemaal niet vreemd. Het KWF deed in 2019 een onderzoek waaruit bleek dat maarliefst 86% van de kankerpatienten na afloop van de behandeling te maken heeft met emotionele of relationele problemen, vermoeidheid of angst. Prijs jezelf gelukkig als je dat niet hebt, maar maak je niet te druk als je het wel hebt. Blijkbaar is het heel normaal.

PTSS
In mijn geval waren de klachten vrij ernstig en ik besloot naar een pscholoog te gaan. Die stelde na enig onderzoek dat ik een post-traumatische stress stoornis (PTSS) had opgelopen. Dat uitte zich bijvoorbeeld door nachtmerries, migraine, paniekaanvallen en grote angst als ik weer naar het ziekenhuis moest. Dat was voor mij onacceptabel, want als kankerpatient weet je dat je nog lange tijd met regelmaat op controle moet. Dat dat iedere keer zo’n drama zou zijn was voor mij geen optie, dus ik ging weer de strijd aan, nu niet op lichamelijk, maar op psychisch gebied.

Oneerlijk
Een terugkerend onderwerp van gesprek bij mijn psycholoog was boosheid. Ik was hartstikke boos, woest en witheet eigenlijk, om het feit dat ik kanker had gehad. Ik kon er alleen slecht uiting aan geven, omdat kanker zo onpersoonlijk is. Als het nou een mens was geweest had ik hem uit kunnen schelden, misschien zelfs een klap kunnen geven. Of, heel gemeen, een kras op zijn auto kunnen maken. Iets tastbaars in ieder geval, heel concreet iets lelijks terugdoen aan de boosdoener die zo lelijk naar mij was geweest. Mijn psycholoog en ik overwogen manieren om toch uiting aan mijn boosheid te kunnen geven op een praktische manier, want het moest er toch uit. Boosheid die je niet uit en wegstopt kan namelijk leiden tot depressies en daar zat ik niet op te wachten.

Na de nodige mogelijkheden besproken, en afgekeurd, te hebben, suggereerde mijn hulpverlener dat ik misschien serviesgoed stuk kon gooien. Ik vond het een grappig idee, maar zag wat praktische haken en ogen.

Gelukkig heb ik een vriendin, die ook kanker heeft gehad, en die zich niet zo snel uit het veld laat slaan als het gaat om praktische obstakels. Daarbij is ze ook wel in voor wat gekkigheid, dus de afspraak was snel gemaakt. We zouden mijn schuur leegruimen, daar zou ik glazen gaan stukgooien en dan zou zij de hele bende voor me opruimen.

Zo gezegd, zo gedaan.
Mijn vriendin kwam met een tas vol glazen van de kringloop en nadat we een bakkie hadden gedaan gingen we naar de schuur. Het is een beetje raar om zo uit het niets ineens met glazen te gaan gooien. Als je een boze bui hebt wil je misschien wel ergens mee gooien, maar ik was op dat moment niet boos. Het voelde best genant eigenlijk. Hoe begin je zoiets? Door gewoon te doen, natuurlijk. Met enige gêne gooide ik het eerste glas. Het stuiterde twee keer op de grond en belande zonder te breken in de stelling achterin de schuur. Als je het zou proberen kreeg je dit niet voor elkaar. De situatie was zo absurd dat vriendin en ik keihard in de lach schoten. Dat doorbrak de spanning en ik begon te gooien. En te gooien. En te gooien. Het beste effect bleek te komen door de glazen tegen de zijmuur te gooien, waarna ze met een heerlijke pats uit elkaar spatten op de grond. Hoe meer ik er gooide, hoe meer ik erin kwam. Ik was me bewust van het feit dat dit therpeutisch bedoeld was, dus ik begon ook aan kanker te denken bij ieder glas dat ik gooide. Ik beelde me in dat het een stukje kanker was. Pats. Niet eerlijk dat ik ziek was. Pats. De pijn die ik had gehad. Pats. De schade aan mijn lijf. Pats.

Het gooien maakte herrie, het was verwoestend, het gaf een enorme puinhoop. Het was goed. Het luchtte op. Ik raakte een hoop frustratie en opgekropte woede kwijt.

Na afloop was ik bekaf, de dag erna had ik daadwerklijk spierpijn in mijn arm. Ik had alles gegeven en eruit gegooid. Het was goed.

Onlangs moest ik mijn schuur ontruimen vanwege werkzaamheden. Toen ik spullen uit de achterste stelling tilde regende het glasscherven. Het gaf me een grote grijns van voldoening toen ik ze opveegde.

Geschreven door Karin Oedekerk. Karin kreeg op haar 41e borstkanker, waardoor haar leven volledig veranderde. Ze schrijft over hoe ze dit heeft beleefd en hoe ze heeft geprobeerd de draad van haar leven opnieuw op te pakken.

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *