Kwade dagen

‘Gedenk daarom je schepper in de dagen van je jeugd – voordat de slechte dagen komen en de jaren naderen waarvan je zegt: In deze jaren vind ik weinig vreugde meer’
Prediker 12:1

Kwade dagen. Zo noemt Prediker de ouderdom. Omdat je lichaam in die periode van je leven steeds meer gebreken gaat vertonen. In het laatste hoofdstuk van zijn boek beschrijft Prediker dat op een buitengewoon beeldende manier. Benen als wachters die zich krommen. Het gebit als maalsters die langzaam verdwijnen. Het gehoor als deuren die naar de straat worden gesloten. De hoger wordende stem. Trappen lopen wordt alsmaar moeilijker. Het grijze haar noemt hij een bloeiende amandelboom. Dat laatste kan een sierlijke kroon zijn, maar het geheel wordt niet verheerlijkt.

Oud worden is kwade dagen gaan meemaken. Maar zo’n proces kan al veel eerder beginnen. Bijvoorbeeld als je ziek bent. Wat kan bijvoorbeeld een ziekte als kanker een prachtig lichaam veranderen. Operaties laten hun littekens achter. De chemokuren laten ook hun sporen na. Wat kun je je moe voelen. Je lichaam weigert. Het voelt als lood.

Dat zijn ook kwade dagen. Voor de zieke, maar ook voor de familie. De ander is soms nauwelijks te herkennen. Natuurlijk kan en mag er herstel zijn. Er zijn mensen die zich herboren voelen. Familie en vrienden zeggen: ‘Je ziet er weer goed uit!’ Maar als dat niet zo is?

Natuurlijk is een mens meer dan een lichaam. Mensen kunnen geestelijk heel sterk zijn als ze lichamelijk niets meer kunnen. Maar ook de afbraak van ons lichaam doet niet alleen letterlijk veel pijn, maar ook figuurlijk. Want ons lichaam is veel meer dan een kooi, waarin een vogel huist. Zo zag men dat vroeger. Het ging om de ziel en veel minder om het lichaam. Daar denken we nu gelukkig anders over. Ook dat lichaam ben jij.

Ik hoop dat de kwade dagen pas heel laat in je leven komen. Dat woord van Prediker over de kwade dagen bevat trouwens ook een uitspraak over hoe God ons lichamelijk leven ziet. Prediker noemt God juist in dit verband De Schepper.

God is je Schepper.

Dat wil zeggen: Hij heeft je het leven gegeven. Hij wil dat je er bent. De grond van je bestaan is de wil van je Schepper. Je bent een schepping van God. Jouw lichaam is een geschenk van Hem. Je ouders hebben Hem daarvoor gedankt toen ze jou voor het eerst zagen. God wil ons innerlijk vernieuwen, maar ook ons uiterlijk. Hij geeft een nieuw hart en een nieuw leven.

Jezus is aan het kruis gestorven voor onze zonden, maar is ook na drie dagen weer opgestaan uit de doden. In een nieuw lichaam! Wie gelooft, heeft niet alleen uitzicht op een leven zonder zonden, maar ook op een leven zonder pijn. Op een nieuw hart, maar ook op een nieuw lichaam. Vergeet dat niet, als je lichaam wordt afgebroken.

God is en blijft je Schepper. Hij schept en herschept.

Ds. Arie van der Veer

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *