Ik stond erbij en ik keek ernaar

Ik ben een jonge, pasgetrouwde vrouw van iemand met kanker. Een Naaste. In dat woord zit iets passiefs. Zo van ‘Ik stond erbij en ik keek ernaar.’ In de basis is dat ook precies wat ik doe, erbij staan en ernaar kijken. Bij elk moeilijk gesprek, elke chemo die naar binnen druppelt, elke bloedtransfusie die gegeven is en niet te vergeten de stamceltransplantatie. Ik stond erbij en ik keek ernaar.

Ik sta daar en kijk omdat ik alles wil weten. Gretig neem ik elk detail in me op. Wat zeggen de dokters? Hoe kijken ze? Zie ik naast die serieuze blik ook hoop op hun gezicht? Welke medicijnen geven ze en zijn ze wel op tijd? Zien ze niets over het hoofd? Ik stel ze vragen en houd alles in de gaten. Uren googelen maakt dat ik inmiddels het vakjargon steeds meer begin te begrijpen. Ik wil dezelfde taal spreken om zeker te weten dat ze alles vertellen. Ik wil gerichte vragen stellen en hun antwoorden horen. Ik wil weten waar ik op moet letten, want als de arts niet in de buurt is, ben ik verantwoordelijk en houd ik mijn man nauwlettend in de gaten. Of hij pijn heeft, hoe zijn kleur is, hoe hij praat, beweegt, eet, slaapt, loopt. Ik sta ‘aan’ en heb geleerd om alert te zijn. Inmiddels weet ik de juiste termen te googelen om te weten of we actie moeten ondernemen of juist rustig kunnen gaan slapen. De betekenis van de labuitslagen weet ik uit mijn hoofd en als ze wat schommelen, gaan in de bovenkamer alle radartjes draaien om een oorzaak te vinden. Ik heb geen medische achtergrond, maar erbij staan en ernaar kijken bleek erg leerzaam te zijn.

We grappen wel eens dat ik zelf mijn man’s dokter ben geworden. Of zijn privé zuster, toen ik hem dagelijks meerdere spuiten moest geven om de stamcellen op te wekken. Later zelfs apotheker toen ik elke zaterdag tientallen doosjes pillen zat te verdelen in de weekcasette. Kleine dingen, die maken dat ik naast vrouw ook hulpverlener ben geworden. Een rol die is veranderd zonder dat je het door hebt. Het is een bepaalde modus en het klinkt misschien vreemd, maar ik had er geen seconde van willen missen. Om te begrijpen, doorgronden, het mee te maken en samen te dragen. Ik stond erbij en ik keek ernaar.

Erbij staan is juist ook bijstaan. Als naaste voel ik me vaak machteloos, maar bidden en bijstaan zijn tegelijkertijd de meest praktische dingen die je voor iemand met kanker kan doen. Bijstaan is soms dat extra paar ogen en oren zijn. Een schouder om op te huilen of juist met flauwe grappen de situatie relativeren. Juist door deze periode hebben wij elkaar nog beter leren kennen. We hebben elkaar op ons allerslechtst gezien en ondanks dat we beiden anders met de situatie om gaan verbindt het ook. We zijn meer op elkaar ingespeeld. Ondanks alle spanning, de weken dat we van elkaar gescheiden waren door ziekenhuisopnames, de medicatie die het humeur beïnvloeden, de korte nachten en meer dan een jaar van bijna-isolatie. We zijn niet geknakt. We zijn gegroeid als individu en naar elkaar toe gegroeid als koppel. We weten dat dit onze weg is. De weg die voor ons is uitgestippeld en die we samen moeten bewandelen. En af en toe, als we het spoor bijster zijn en we hulpeloos naast elkaar staan, staat Hij erboven en ziet Hij ons.

Jasmijn Blokland-Kunst

1 antwoord
  1. Francine Burgers
    Francine Burgers zegt:

    Lieve Jasmijn en Lennard,
    Veel sterkte, hoop en beterschap op jullie weg.
    Hartelijke groet,
    Je ouwe juf,
    Francine Burgers.

    Beantwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *