‘Mijn genezing is een wonder van God!’

Na de geboorte van haar oudste zoon ontdekt Cornelie Poortvliet (28) een knobbeltje in haar hals. Na onderzoek blijkt dat zij de ziekte van Hodgkin heeft. Een zware behandelperiode volgt. Vier jaar later, enkele maanden na de geboorte van haar tweede zoon, ontdekt zij opnieuw knobbeltjes in haar hals.

Nadat het eten van Sam wordt aangepast knapt hij snel op en wordt het huilen minder. Cornelie blijft zich echter moe en lusteloos voelen. “Ik dacht dat ik bij moest komen van vier maanden onafgebroken gehuil en slechte nachtrust. Wel had ik in die hectische periode een knobbel in mijn nek ontdekt, maar mijn hoofd stond er niet naar om dat te laten onderzoeken.” De conditie van Cornelie gaat echter steeds verder achteruit en regelmatig valt zij flauw. “Ik dacht dat dit door vermoeidheid kwam. Omdat ik naast de knobbel in mijn nek ook allerlei wondjes in mijn mond en bij mijn ogen had begon ik te vermoeden dat er meer aan de hand was. Omdat mijn man er ook niet gerust op was ben ik naar de dokter gegaan.”

Dagboek
Cornelie is gewend een dagboek bij te houden waarin zij schrijft welke Bijbelteksten haar raken en wat de reden hiervan is. “Ik bladerde pas terug naar de periode vlak voor mijn diagnose en zag dat ik Hebreeën 12:1-14 had gemarkeerd. Ik schreef daarbij: God laat mij door middel van deze tekst weten dat ik kanker zal krijgen, maar ook dat Hij mij zal genezen. Ik wist op dat moment dat de knobbel in mijn nek niet goed was, maar heb dit met niemand gedeeld omdat ik bang was dat mensen mij niet zouden geloven.”

De huisarts wuift de zorgen van Cornelie weg en zegt dat vermoeidheid heel normaal is als je een huilbaby hebt. “Ik vroeg hem of ik bloed mocht laten prikken, maar daar zag de arts het nut niet van in. Schoorvoetend ging hij uiteindelijk toch overstag.”

‘Ze bleven maar naar het beeld staren’
De bloedwaardes laten zo`n afwijkend beeld zien dat Cornelie meteen wordt doorgestuurd voor een echo van haar hals. “Op de dag van de echo was ik jarig. Tijdens de echo was het meteen duidelijk dat er iets mis was. Ik merkte de stress bij de echoscopist en op mijn ongeruste vragen kreeg ik vage en ontwijkende antwoorden. Ze bleven maar naar het beeld staren. Op een gegeven moment vroeg ik wat ze zagen. Ik gaf aan dat ik hun onrust voelde en zelf ook ongerust werd. Ze vertelden mij dat ze niks mochten zeggen, maar dat ik gauw iets te horen zou krijgen.”

Eenmaal in de auto barst Cornelie in huilen uit. “Ik wist zeker dat ik kanker had. God had me hierop voorbereid en de reactie van de echoscopisten was voor mij een bevestiging.” De echo blijkt inderdaad verontrustend te zijn. “Een week later werd ik al geopereerd. Tijdens deze operatie werd er een biopt genomen. De uitslag hiervan zou ik een week later krijgen, maar enkele dagen later werd ik al gebeld. Mijn wereld stond stil; ik was op visite bij mijn zus en kreeg te horen dat ik meteen naar het ziekenhuis moest komen voor een gesprek.”

De ziekte van Hodgkin
“Mijn zwager bracht mij naar het ziekenhuis en bemoedigde mij met Psalm 121 waar staat: Ik sla mijn ogen op naar de bergen, vanwaar mijn hulp komen zal”, herinnert Cornelie zich. “Ik vertrouwde op Gods belofte en was ervan overtuigd dat het goed zou komen met mij.” Eenmaal in het ziekenhuis windt de arts er geen doekjes om. Zij vertelt dat Cornelie de ziekte van Hodgkin (Lymfeklierkanker) heeft.

“Ik ben heel boos geworden en zei: Waarom heeft het zo lang moeten duren voordat dit werd ontdekt?”, herinnert Cornelie zich. Een terechte vraag, want zij is in februari voor het eerst naar de huisarts gegaan met haar klachten. De uitslag kwam bijna een half jaar later. “Er is kostbare tijd verloren gegaan. Tijd waarin de ziekte bestreden had kunnen worden. Achteraf schaam ik mij voor mijn uitbarsting, maar het voelde als een ontlading van de maandenlange spanning waarmee ik had rondgelopen.”

Behandelingen
De volgende dag krijgt Cornelie meteen een PET-scan en een MRI-scan om te zien in welke fase de ziekte was. “Bij de ziekte van Hodgkin zijn er vier stadia en ik bleek in stadium 2 te zitten. Dat was gunstig nieuws, want alleen de lymfeklieren tot mijn middenrif waren aangetast. Als het lager zat zouden de kuren veel zwaarder zijn geweest. Daarnaast zou de kans om in de toekomst zwanger te raken nihil zijn.”

Een week later start de eerste chemokuur. “Ik zou in totaal acht chemokuren krijgen. Daarna zou er een scan volgen om te kijken of de kuren resultaat hadden gehad. Als dat zo was, zou ik ter afsluiting nog bestralingen krijgen.” Cornelie heeft erg veel last van bijwerkingen. Ook krijgt zij diverse infecties en raakt haar lichaam ernstig verzwakt. Dankzij aanvullende medicatie slaagt zij erin het traject te doorstaan. “Ik voelde me enorm ziek door de chemo`s en kreeg last van mijn hart. Ook kon ik nauwelijks eten door de pijnlijke zweren in mijn mond.” Ondanks de zware weg die zij moet gaan, blijft Cornelie vast op Gods beloften vertrouwen. “De Bijbel begon steeds meer voor mij te leven en God bemoedigde mij keer op keer door de teksten die ik las.” Ik mocht ervaren dat God bij mij was en mijn lijden kende. Dat was bijzonder vertroostend.”

Twijfels
Cornelie geeft toe dat zij ook momenten van twijfel heeft. “Ik was op den duur zo verzwakt dat ik niet goed werd en mijn man mij bewusteloos onderaan de trap vond. Op dat moment twijfelde ik eraan of het ooit nog goed zou komen met mij. Er waren tenslotte meer mensen die vol vertrouwen geloofden dat God ze zou genezen, maar desondanks toch waren gestorven.” “Misschien bedoelde God wel dat ik pas na mij sterven -in de hemel- genezen zou zijn. Wonderlijk genoeg liet God mij door Zijn woord weten dat Hij Zijn beloften na zou komen.”

Als de chemokuren zijn afgerond krijgt Cornelie een PET-Scan. “Ik heb de periode tussen de PET-Scan en het wachten op de uitslag in mijn dagboek omschreven als de meest spannende periode van mijn ziekteproces. Groot was dan ook mijn dankbaarheid en vreugde toen bleek dat alle kanker verdwenen was.”

Onzekerheid
De eerste periode nadat Cornelie in remissie is gegaan is moeilijk voor haar. Ze weet dat het nog vijf jaar duurt voordat zij officieel genezen kan worden verklaard en is bang voor een terugval. “Ik voelde doorlopend in mijn hals of er geen knobbeltjes waren. Door de chemokuren bleef ik lange tijd moe en futloos. Omdat dat het eerste symptoom van mijn ziekte was geweest, was ik bang dat het weer terug was gekomen. Toen ik op een gegeven moment knobbeltjes voelde en vage klachten kreeg heb ik gevraagd of ik voor de zekerheid nogmaals een PET-Scan kon krijgen.” Als daaruit blijkt dat zij nog steeds in remissie is, durft Cornelie eindelijk te geloven dat de kanker weg is.

“Ik werd bepaald bij de woorden die Jezus tegen zijn discipelen zei toen ze zo bang waren in de storm. Jezus zei dat ze kleingelovig waren en meer op Hem moesten zien. Dat kwam bij mij binnen en ik besefte dat ik zo`n kleingelovige was. Ik leerde opnieuw op Gods beloften te vertrouwen.” In de periode die volgt verliest Cornelie haar baan. “Ik vond dit erg oneerlijk, want dit was een direct gevolg van mijn ziekte. Ook werd ik nergens aangenomen omdat ik kanker had gehad; ik werd door buitenstaanders nog steeds als een patiënt gezien. Ik heb die periode als bijzonder zwaar ervaren.”

Knobbeltjes
Twee jaar later wordt Cornelie aangenomen bij het Leger des Heils. “Doordat ik een baan vond waar ik mijn passie in kwijt kon, klom ik eindelijk omhoog uit het diepe dal waar ik na mijn diagnose en de behandelingen in terecht was gekomen.” Cornelie durft zich weer op de toekomst te richten en pakt de draad van haar leven weer op. Totdat zij in oktober 2020 opnieuw knobbeltjes in haar hals ontdekt. “We hadden net onze tweede zoon gekregen, iets wat wij als een wonder beschouwen want na chemokuren is dat niet meer vanzelfsprekend. Er ging van alles door mijn hoofd; het leek wel een herhaling van de periode na de geboorte van onze oudste zoon. Tijdens een controle bij de oncoloog heb ik mijn zorgen gedeeld. Zij stuurde mij meteen door voor een echo.

Cornelie vindt het ditmaal nóg spannender dan de eerste keer. “Ik besefte dit keer heel goed wat het zou betekenen als het opnieuw slecht nieuws was. Ik wist nu hoe verwoestend de chemokuren waren en zag ertegenop dat opnieuw te moeten doorstaan. De overeenkomsten met de eerste keer dat er kanker werd ontdekt waren zo groot, dat ik mij schrap zette voor de uitslag.” Tijdens de echo wordt meteen duidelijk dat het niet goed is; er zijn meerdere knobbels te zien. “Ik moest opnieuw geopereerd worden.” Tijdens de operatie wordt duidelijk dat de lymfen van Cornelie in een week tijd zijn verdubbeld in groei. Alles wijst erop dat de kanker in agressieve vorm is teruggekomen.

PET-Scan
Opnieuw krijgt Cornelie een PET-Scan. “Ik wilde de uitslag niet weten en probeerde onder dit onderzoek uit te komen. Op aandringen van mijn oncoloog maakte ik uiteindelijk toch een afspraak.” Cornelie deelt haar zorgen in de kerkelijke gemeenschap waar zij lid van is. Spontaan ontstaan er allerlei gebedsgroepen om voor haar genezing te bidden. “Voordat ik de scan inging had ik enorm veel angst. Niet om te sterven, maar om opnieuw chemokuren te ondergaan, want ik kon mij niet voorstellen dat ik dat geestelijk en lichamelijk nogmaals zou kunnen doorstaan. Tijdens de scan leek het alsof God een zware last van mijn schouders nam. Het is lastig te omschrijven wat ik toen ervaarde, maar ik kreeg een enorme rust in mij en wist dat het goed was.”

Dezelfde avond krijgt Cornelie de uitslag. “Wat we toen te horen kregen kan ik nog steeds niet bevatten; de artsen hadden helemaal niks gevonden. Op -voor artsen- onverklaarbare wijze was alles verdwenen. Op de echo`s was groei te zien, tijdens de operatie werd het bewijs geleverd dat het niet goed was en kort daarna tijdens de PET-Scan was alles verdwenen. Een Godswonder! Anders kan ik het niet omschrijven. God heeft de gebeden van alle mensen die voor mij baden verhoord! De artsen begrepen er niks van, maar wij beseften meteen dat God mij heeft genezen. Sinds deze goede uitslag vertrouw ik erop dat alles goed is.” Omdat haar oncoloog deze uitslag niet kan verklaren overlegt zij met een collega in een ander ziekenhuis. Een week later wordt Cornelie opgebeld. “Ook de arts in het andere ziekenhuis heeft niks kunnen vinden. De arts gooit het op een infectie, maar wij geloven dat dit een wonder van God is.”

Als Kanker je raakt
Wat Cornelie het meest tekenend van haar ziekteproces vindt is de eenzaamheid waar dit mee gepaard gaat. “Doordat mensen niet goed weten wat kanker is, weten ze niet hoe ze moeten reageren. Het is blijkbaar makkelijker om dan afstand te nemen. Dit heeft ervoor gezorgd dat ik mij erg eenzaam voelde tijdens het proces. Juist toen we onze naasten zo hard nodig hadden, lieten sommigen het afweten.”

Ze is dan ook blij dat zij de Stichting Als kanker je raakt heeft ontdekt. “Ik wilde graag in contact komen met christelijke jongeren die net als ik te maken hebben met kanker.” Zo ontdekt zij hoe waardevol de bijeenkomsten met lotgenoten zijn. “Ik beschouwde dit als therapie. Het zijn ontmoetingen van hart tot hart, want we begrijpen elkaar en weten met welke vragen je kunt worstelen als je kanker hebt. We kunnen met elkaar lachen en huilen. “

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *